Stel je een land voor dat in lagen is opgebouwd – niet van aarde en gesteente alleen, maar van herinneringen, gebeurtenissen en verhalen. Novelda is zo’n plek. Een stad waar de geschiedenis geen opsmuk is voor toeristenbrochures, maar tastbaar aanwezig is in de stenen van haar huizen, in de bochten van haar straten, en in de namen van haar bewoners. Haar verleden is geen stille echo, maar een levendige stem die door de eeuwen heen blijft spreken.
De wortels van Novelda reiken terug tot de oudheid, al zijn het vooral de Iberiërs en later de Romeinen die het eerste duidelijke stempel op het gebied drukten. Archeologische vondsten tonen aan dat deze vruchtbare vallei langs de rivier de Vinalopó al vroeg werd bewoond. Niet verwonderlijk: de combinatie van water, beschutting door bergen en een relatief zacht klimaat maakte het gebied aantrekkelijk voor wie wilde leven van landbouw en handel. De Romeinen brachten niet alleen infrastructuur en olijfolie, maar ook een voorliefde voor steen – een liefde die eeuwen later zou uitgroeien tot de ruggengraat van de lokale economie.
Na de val van het Romeinse rijk kwamen de Visigoten, die zich als nieuwe meesters over het Iberische schiereiland ontfermden. Van hun aanwezigheid in Novelda is weinig zichtbaar gebleven, behalve misschien in de diepe religieuze wortels van de regio. Pas met de komst van de Moren, in de 8e eeuw, begint de geschiedenis van Novelda meer vorm te krijgen.
 Zij gaven het plaatsje niet alleen haar naam (afgeleid van het Arabische Nabula), maar brachten ook irrigatietechnieken, landbouwkundige kennis en een verfijnde stedelijke cultuur mee. Onder islamitische heerschappij ontwikkelde Novelda zich tot een kleine maar welvarende nederzetting, met een vesting – het latere Castillo de la Mola – als strategisch bolwerk in een landschap vol rivaliteiten.
De Reconquista, de herovering door de christelijke koninkrijken, bracht in de 13e eeuw een ingrijpende omwenteling. In 1244 werd Novelda ingenomen door de troepen van koning Alfons X van Castilië, maar uiteindelijk kwam het onder de kroon van Aragón te vallen. De moslimbevolking werd langzaam verdreven of bekeerd, de moskeeën werden kerken, en de stad kreeg een nieuwe christelijke identiteit opgelegd. Toch bleef veel van de Arabische invloed onderhuids aanwezig: in de waterkanalen, de bouwtechnieken, en de plaatsnamen die nog steeds fluisteren van hun oorsprong.
De Middeleeuwen waren voor Novelda een periode van consolidatie. De stad werd ingelijfd bij het Señorío de Novelda, een feodaal domein dat toebehoorde aan adellijke families die hun gezag uitoefenden vanuit kastelen en kloosters. In deze tijd werd ook de gotische kerk van San Pedro gebouwd – nog altijd een van de belangrijkste monumenten in het centrum. Het stadsleven concentreerde zich rondom religieuze rituelen, landbouw, markten en het opkomende ambacht.
Met de komst van de Nieuwe Tijd – ruwweg de 16e en 17e eeuw – groeide de stad langzaam uit haar middeleeuwse jas. De bevolking nam toe, de landbouw werd geïntensiveerd, en 
er ontstond een geleidelijke verschuiving richting commerciële productie. In de 18e eeuw begon zich iets te roeren dat de stad in de volgende eeuwen grondig zou transformeren: de bewerking van steen. Eerst nog kleinschalig en lokaal, maar al snel ontstond er een hele industrie rondom het delven, polijsten en verhandelen van marmer en natuursteen. Novelda groeide uit tot een regionaal centrum van steenhouwers, en met de industrialisatie van de 19e eeuw kwam deze sector in een stroomversnelling.
De 19e eeuw bracht echter niet alleen economische bloei. Zoals in veel delen van Spanje was het ook een tijd van politieke onrust, sociale conflicten en migratie. Novelda werd geconfronteerd met armoede, analfabetisme en de gevolgen van landelijke machtsverschuivingen. Toch wist de stad zich staande te houden – mede dankzij haar groeiende handelscontacten en de aanwezigheid van een ondernemende burgerklasse. In deze periode ontstonden ook de eerste coöperaties en vakbonden, die zouden uitgroeien tot belangrijke pijlers van de lokale samenleving.
Maar het is pas in de vroege 20e eeuw dat Novelda zich écht op de kaart zette. Het waren de decennia van het modernisme, van esthetische vernieuwing en een geloof in vooruitgang. Onder invloed van Barcelonaanse voorbeelden begon een groep architecten en ingenieurs, waaronder de eerder genoemde José Sala Sala, aan een bouwkundige revolutie. Prachtige huizen, industriële gebouwen en kerken in modernistische stijl verrezen in het stadscentrum, bekostigd door rijke marmerhandelaars en wijnproducenten die hun welvaart niet onder stoelen of banken staken.
De Spaanse Burgeroorlog (1936–1939) gooide echter roet in het eten. Novelda, dat zoals veel dorpen in Valencia overwegend Republikeins gezind was, werd hard getroffen. De stad
 kende executies, politieke zuiveringen en een periode van economische stilstand. Na de overwinning van Franco volgde een repressieve periode, waarin de vrije meningsuiting werd gesmoord en de vakbonden verboden. Toch bleef de marmerindustrie draaien, en ook de wijnbouw hield stand – al was het vaak onder moeilijke omstandigheden.
Pas in de jaren zeventig en tachtig keerde de bloei terug. Spanje werd democratisch, de grenzen gingen open, en Novelda wist zich opnieuw te profileren als centrum van ambacht, handel en cultuur. Nieuwe industrieterreinen werden aangelegd, marmerbedrijven investeerden in technologie en de stad begon met het conserveren van haar historisch erfgoed. Tegelijkertijd kreeg het toerisme voet aan de grond – eerst voorzichtig, via dagjesmensen uit Alicante, later ook via internationale bezoekers die gefascineerd raakten door de mix van geschiedenis, esthetiek en lokale charme.
Vandaag de dag is Novelda een stad die zich bewust is van haar verleden, maar niet in nostalgie blijft hangen. Haar geschiedenis is geen vitrinekast, maar een levend verhaal waarin elke generatie zijn hoofdstuk toevoegt. Of het nu gaat om het hergebruik van oude wijnkelders als expositieruimtes, het behoud van modernistische gebouwen of het opnieuw tot leven brengen van volksfeesten – Novelda blijft zichzelf telkens opnieuw uitvinden, met het verleden als kompas en de toekomst als horizon.
Wie hier woont of langskomt, voelt het meteen: deze stad heeft diepte. Een diepte die niet schreeuwt, maar fluistert. Een geschiedenis die je niet enkel leest op borden of in musea, maar die je onder je voeten voelt wanneer je over het marmer loopt, die je hoort in het dialect van de marktkooplui, en die je ziet in de blik van een oude man op een bankje – een blik die meer weet dan duizend woorden kunnen zeggen. Dat is Novelda: een plek waar verleden en heden hand in hand wandelen.